Familie Kramer

Enigszins aan het begin van de Drieboomlaan, zeg maar tussen Vlaar en de Binneblijfstraat, had je de familie Kramer. Niet ver daarvandaan bevond zich een huis, waarin een grote man woonde met een stijf been, dat zich met name openbaarde wanneer ie op z’n brommer vertrok, waarbij het permanent gestrekte been zeer zichtbaar was.
Deze man had aan de voorkant van zijn huis in het raam een klein raampje vervaardigd vanwaaruit hij zijn nering dreef: de snoepverkoop. Wij noemden hem ‘het mannetje’. De naam deed een kleine man vermoeden, maar hij was dat dus geenszins. Als je aanbelde ging het raampje open en keek je zeer pontificaal tegen ‘s-mans gulp aan. Vervolgens gaf je dan aan wat je wenste: twee lange veters, drie bakkesvol en vijf muntdropjes. Die werden dan na overhandiging van het geld door het raampje geschoven, waarna het snoepen kon beginnen.

Als ik er nu aan terugdenk moet ik er niet aan denken om van deze man iets overhandigd te krijgen, want ik heb ernstige twijfels omtrent de hygiënische normen van ‘het mannetje’.
Geen idee of de man getrouwd was, of dat er anderszins iets bij hem hoorde. Het enige, dat ik weet was, dat je er kon aanbellen en dan wat snoep kon kopen.

Terug naar de familie Kramer.
Een van de kinderen was Ellie Kramer, die wij buurtjongens erg interessant vonden. Volgens ons loonde het de moeite om dichter in de buurt van Ellie te geraken, maar aangezien ze enkele broers had, die er groot en sterk uitzagen was onze ondernemingsdrift ietwat getemperd. Ellie was ‘not done’. Een van haar broers heb ik later leren kennen als een Jehovah-getuige, iets wat wij helemaal nooit achter hem gezocht hadden. Een andere broer had een playboy-uitstraling en was dientengevolge onze grootste ‘vijand’ waar het pogingen betrof om in de nabijheid van Ellie te geraken.
Ellie daarentegen moedigde ons door haar gedrag en haar kleding juist aan om iets met haar te ondernemen, alleen het gebeurde niet. Ik ken geen enkele buurtgenoot, die het wel is gelukt om dieper tot Ellie door te dringen, hetgeen mij altijd is bijgebleven.